Hoe een demonstratie begint

Jeroen Coelen
9 min readOct 1, 2021

Ramptoerisme is vandaag nagenoeg de enige mogelijk vorm van toerisme in Nederland. We namen gretig plaats op de virtuele eerste rang die CNN ons bood bij de bestorming van Het Capitool. Ik merkte teleurstelling toen het duidelijk was dat het voorbij was, kort daarop de nodige verbazing over mijzelf. Achteraf hoorden we dat er vijf doden zijn gevallen. Die mogelijkheid maakte de hele uitzending spannend, maar het bleef een ver van je bed show.

Op zondag 24 januari dwong een lome dip mij iets van entertainment op te zoeken. Zonnige kades waar ik dikwijls vrolijk wordend langs banjer brachten mij weinig. Maar dan plots, om de hoek van het museumplein, presenteerden zich hordes politiebusjes. Mijn kinderhart klopt, hier is iets gaande. Iets verderop worden drie jongens apart genomen ter identificatie. Commotie. Er gebeurt iets. Enthousiast stap ik door. De klassieke gebouwen die het Museumplein omringen hebben een sjaal van politiebusjes voor zich. Hét protest is nu.

Op werkbezoek op Telegram (1)

Uit verveling ben ik vorige week in een aantal Telegram-een soort WhatsApp voor mensen die iets tegen Whatsapp hebben-groepen gekropen. Laten we zeggen dat het geen boekenclubjes zijn. Een nieuwsgierigheid naar het alternatieve geluid bracht mij daar. Ik wilde weten wat men daar besprak. Ongeveer de helft van de berichten zijn links naar alternatieve media die hun mening bevestigt. De andere helft van berichten is een mengelmoes van anti-establishment (ook buiten NL) retoriek, maakte politie uit voor NSB-ers en bespraken de opkomende demonstratie van deze zondag. Eenmaal kon ik de verleiding niet weerstaan om mee te doen, zie hieronder

Verschrikkelijk kinderachtig, I know.

Voor mij zat het plezier in een beeld te krijgen van hun manier van denken en hoe ze naar zo’n demo toeleven. Je hoorde in reportages over de bestorming van Het Capitool dat de Trump-supporters aan elkaar vroegen “Hoeveel wapens passen er in jouw wapenkoffer?” Nu hebben we in Nederland helaas niet zo’n spectaculair brede keuze aan wapens. Echter zijn limitaties de grootste bron van creativiteit. Zo kwam Antoinnette met het idee om groene zeep in te zetten. Nu mis ik waarschijnlijk de offensieve noodzaak van cayennepeper, wellicht is het om de smaak van de zeep tegen te werken. Dit speelde dus onder de motorkap.

Bij een brainstorm zijn alle antwoorden goed.

Op het museumplein (1)

Ik betrap mezelf dat ik snel begin door te passen terwijl ik onder de badkuip die het Stedelijk Museum is doorloop. Ineens hoor ik twee harde knallen. Opgewekt kijk ik om mij heen. De herrie kwam van skateboardende jongeren. Vals alarm.

Aangekomen op het plein kon ik niet van een menigte spreken, de politie is in behoedzame meerderheid. Met een grote boog loop ik om het grasveld heen. Een groep politieagenten, gekleed met been- en armbeschermers, komt op mij af. Ik wil iets meemaken. Ik probeer nu iets wat tamelijk raar is, dit realiseerde ik mij vooraf ook al. Tot drie keer toe keek ik expres ‘verdacht’ om mij heen, omdat ik benieuwd was of ze dat zouden opvallen. Je hoort bij tv-series over douaniers die drugssmokkel op vliegvelden moeten aanpakken dat ze hierop getraind zijn. Er gebeurde niks. Nu kan het zijn dat ik mijn acteerkunsten overschatte. Wat mij waarschijnlijker lijkt, was dat de training ‘verdacht gedrag herkennen’ bijzonder slecht gegeven was, wat gezien de bezuinigingen op de politie geen verrassing zou moeten zijn.

Deze demonstrant had met name iets tegen de politie.

Rond de vijver waren op dat moment twee expliciete demonstranten, te herkennen aan hun vlag. Eentje had een logo wat ik dacht te herkennen als het logo van de ras-zuivere scouting Erkenbrand. Ik pakte mijn telefoon om dit te verifiëren op het wereld wijde web. Op dat moment schrok ik. Wat als er nu een politieagent vraagt: “Wat bent u aan het doen, meneer?” en er staat op mijn telefoon een site open van een tamelijk rechts clubje, dan sta ik met mijn mond vol tanden. Ik word dan geboeid, afgevoerd, meegenomen. Ik zou proberen de rust te bewaren, tot en met in het busje, omdat het logisch is dat ze denken dat ik uit mijn nek lul, dat ik hier als nieuwsgierige jongen sta. Nee, ik had het aan mijzelf te danken dat ik werd meegenomen door de politie. Ik keek heel voorzichtig over mijn schouders, maar er was geen politie-agent in de buurt. Het logo kwam niet overeen.

Vanaf de rand van de vijver zag ik politieagenten verschillende mensen fouilleren, waaronder iemand verkleed als aardbei, wat inderdaad verdacht is. Een agent spreekt een groepje mannen wat stevig doorloopte aan met: “Goedemiddag, wat brengt u hier?”, klaar om ze te ondervragen. De drie reageren in iets wat ik niet verstond, het leek niet op Nederlands. De agent begreep dat hier niks te halen viel en liet de drie doorlopen. Zo ging het wel even door op het vrij rustige museumplein.

Deze is voor de onderschriften ronde.

Een stel van een jaar of 30 stapte op me af. Ze zagen er uit als mensen die je niet zou associeren met de gemiddelde demonstrant. Ze waren Pools; hij studeerde in Tilburg en ze waren een paar dagen in Amsterdam. Ze verbaasden zich over het contrast met Amsterdam wat ze afgelopen zomer nog zagen. Iedereen zat nog in restaurants en ‘s avonds danste men in de parken. De avondklok snapten ze niet. Ze vertelden dat ze de avondklok nog kenden van verhalen van hun ouders van tientallen jaren geleden-eigenlijks slechts 30, vertelde ze. “It was communism. This now reminds me of it”. Ik voel dat ze sentimenteel zijn hierover. Samen probeerde we te verklaren waarom het nodig zou zijn, of het aan de temperatuur lag, maar snel merkte ik dat zij het maar niks vonden.

Steeds meer mensen druppelen het plein op. De aanwezigheid van de vele (amateur)fotografen doet vermoeden dat er iets gaat gebeuren. Op dit moment waren er voor iedere demonstrant drie amateurfotografen en tien politieagenten. Het aantal demonstranten valt nog steeds mee. Een groepje mensen, die ik eerst niet kon plaatsen, begint met het uitrollen van hun banner. “NOS = FAKENEWS”, dat u het weet.

Steeds meer mensen worden aangesproken op wat ze hier komen doen. Een groepje van drie mannen van een jaar of 35 staat rustig met agenten te praten. Ik schuifel subtiel die kant op. Een van de mannen zegt licht aanmatigend: “Het is jullie beroep om procedures op te volgen!” Een agent 3 had ID-kaarten vast en neemt met een smartphone een foto van een van de mannen. Ogenschijnlijk ten behoeve van de opsporing, mocht het uit de hand lopen. De man in kwestie roept “Dit is een inbreuk op mijn privacy!”, terwijl hij het verder lijkt te accepteren. Toch voel ik spanning.

“VRIJHEID!!!” brult iemand ineens over het plein. De daad bij het woord voegen, heet dat. Het is een van de weinige harde geluiden die ik tot dan toe had gehoord. Ik tuur in de richting van het geluid, zie een markant groepje van een man of tien met een blikje bier in hun handen.

Inmiddels ben ik een dik half uur op het plein. Ik ben gefascineerd, het is vergelijkbaar met een auto-ongeluk waar je niet van kan wegkijken, echter moet dit auto-ongeluk nog gebeuren. Hier werd ik overvallen door mijn eigen ramptoerisme. Een dilemma ontstond, maar ik besloot nog even te blijven. Inmiddels waren er om mij heen nog meer ramptoeristen gekomen, althans, zo leek het. Bijna niemand leek een duidelijke protestant, op wat mensen met een banner na. Steeds meer figuren met steeds professionelere camera apparatuur voegden zich bij de meute. Ik was onderdeel aan het worden van iets. Ergens begon ik me schuldig te voelen van betrokkenheid bij deze praktijken, al wist ik niet precies van wat. Hypocriet was het ergens zeker, concludeerde ik. Niet dat het benoemen van die hypocrisie mij vrij zal spreken, maar dat nam ik dan maar op de koop toe.

Het concertgebouw, van Gogh museum in mijn ooghoek en het Rijksmuseum in mijn rug boden contrast met wat ertussen plaatsvond.

Op het randje aan het water keek ik naar iets wat op een menigte begon te lijken. Wanneer een groepje mensen een menigte begint te worden is mijn overigens een raadsel. Mocht je dit interessant vinden, lees dan eens over de Sorites paradox.

“WIJ ZIJN NEDERLAND!” galmt over het plein. Het komt uit de hoek van “VRIJHEID!” Een man met dreads fietst op het markante clubje af, wapperend met iets in zijn hand: “Heuj, weer een boete!” en het markante clubje begint te juichen.

Terug op Telegram (2)

Ik duik in de telegram groepen om te kijken of daar nog iets gepost wordt. Het zijn met name aanmoedigingen, reisupdates en update dat er nog niks is. “MUSEUMPLEIN IS NIET AFGESLOTEN!!!!” wordt medegedeeld. Ik dacht terug aan een bericht wat ik een paar dagen geleden las. Een paar dagen geleden had Raymond het lumineuze idee vanuit de volgende creatieve redeneerlijn.

  1. Paarden vinden paraplus niet leuk. Als je dit niet gelooft, zoek eens op Google. Hier vond ik een ruime video die ingaat op dit probleem. Dat de trainer een geel hesje draagt lijkt me toeval. Dat het 2 jaar online staat met 791 views zegt wellicht iets over de orde grote van dit probleem. Laten we dat voor nu even vergeten.

2. Paarden houden niet van regenbogen. Zo poste Raymond een filmpje van politiepaarden die schrokken van een regenboog zebrapad. Ook moest de paraplu helpen bij regen en water uit waterkanonnen van de politie.

Raymond denkt mee.

3. Combineer deze twee dingen en voila: Je hebt een paardenwerende regenboog paraplu. Dit ding is als een kruis voor een vampier. Raymond heeft hem vandaag nog op de kop getikt bij Scapino. Tel uit je winst. Raymond roept iedereen op dit apparaat mee te nemen.

Raymond scoort.

Toch kreeg ik het gevoel dat er inhoudelijk wat viel af te dingen op de claim van Raymond. Nadat ik 23 minuten in bovenstaand filmpje over paardentraining had geïnvesteerd, kreeg ik het filmpje “Horse carrying umbrella dancing to Rihanna’s Umbrella song” aangeraden ( link voor de liefhebbers). Hierin zie ik zowel een regenboogparaplu als een regenboogbal in de buurt van een uiterst rustig paard en dat kan maar 2 dingen betekenen: Raymond lult uit zijn nek, of de eigenaar van dit paard heeft net als ik 23 minuten geïnvesteerd in paardentrainingvideo’s. Die 23 minuten heb je zoals je ziet snel terugverdiend. Raymonds claim staat als een huis.

Op het museumplein (2)

De menigte was inmiddels uitgegroeid tot iets wat door kon voor mensenmassa. De begintijd van de demonstratie was ruimschoots gepasseerd, steeds meer begon mij het gevoel te bekruipen dat ik mijn beste tijd hier gehad had. Dat ik weg moest voordat het lelijk werd, dat ik niet als de VS in de Vietnam-oorlog te lang blijf hangen. Ik was aan de praat geraakt met een jongen van mijn leeftijd die in het vastgoed werkte en daarnaast nog een opleiding makelaardij deed. Daar was hij vanwege corona tijdelijk mee gestopt omdat hij online lessen vervelend vond. Als docent kon ik dat beamen. Ik had hem verteld over Raymonds paraplu-plan. Plots wees hij in de verte: “Kijk daar, een regenboog paraplu”. In de verte zag ik inderdaad een vrouw met een knalrode paraplu, die er verjaardagslingers rondom had aan vast gemaakt. Ik kon mijn ogen niet geloven. De cirkel was rond. Het kwam allemaal even heel dicht bij.

Een cadeautje van het universum

Lekker gelezen? Geef me een kudo!

Originally published at https://jeroencoelen.nl.

--

--